Interview – Corina van Eijk, artistiek leider, regisseur, producent en docent
Het eerste wat in mij opkomt als ik denk aan liefde en werk is diepgang. Ik mag aan het werk van heel veel componisten zitten, levende of dode. Het is zo fijn om helemaal in hun werk te duiken en dat werk te gaan liefhebben. Als ik het niet liefheb kan ik er ook niks mee. Hetzelfde geldt voor de zangers, ook die moet je liefhebben, ook al wil je ze daarna misschien nooit meer zien. Ik ben hun instrument en zij die van mij. Dat moet een organische samenwerking zijn, anders krijg je niet wat het moet zijn, dan trek je aan een dood paard.
Intens
Samenwerken bij de opera is heel intens. Je hebt heel persoonlijk contact en tegelijk ook weer niet. Als een zanger ’s ochtends bij me komt en zegt: ik heb hoofdpijn, dan zeg ik: ga lekker liggen. Maar als ze bij een regie-aanwijzing zeggen: dat zou ik persoonlijk nooit zo doen, dan interesseert dat me niet. Het gaat erom wat past bij de rol, het karakter.
Aan een productie werken we tweeënhalve maand op locatie samen. Dan moet je wel van elkaar gaan houden, en net als in bijna elke relatie gebeurt er dan ook altijd wel iets. Er wordt ergens over geklaagd, of iemand wordt buitengesloten. Daar moet je samen uitkomen, anders gaat het in de weg zitten. Ik ben heel loyaal, maar ik tolereer niet dat mensen buitengesloten worden in de groep. Get over it. Het is een paar maanden, wees zo groot om dat uit te zitten. Ik houd niet van hiërarchie, dat vind ik heel vervelend. Om te krijgen wat je voor ogen hebt als leider van het gezelschap en als regisseur moet je duidelijk zijn, maar je hoeft niet de baas te lopen zijn. Respect hebben voor elkaar, dat is heel belangrijk. Weten wat je zelf wilt en rekening houden met de ander.
Eenheid
Omdat we zo intensief samenwerken blijven contacten vaak heel lang na afloop van een productie bestaan. Dat zijn hele hartelijke contacten. Mijn enige angst tijdens het werk is dat communicatie niet goed is en dat dingen langs elkaar lopen. Je hebt een stuk en dat moet op een bepaalde datum af zijn. Je weet dat je dan een team moet hebben. De zangers, de techniek, de muziek, het decor, de kostuums, de catering: alles moet goed lopen en een eenheid gaan vormen.
Voelen
Waar ik me zorgen over maak zijn de jonge mensen in ons vak. Die gaan bijna allemaal over de kop: depressies, suïcides. Ze denken teveel. Ik denk dan: ga een boom knuffelen, ga zwemmen, ga er op de een of andere manier fysiek doorheen. Ga niet in jezelf, vraag hulp aan anderen, desnoods aan het universum. Ga de giftige omgeving van de stad uit. Ga niet nog meer naar binnen, maar naar buiten, om te voelen. Ik ben daar verslaafd aan. In Italië waar ik vaak ga werken is een hoge berg. Daar zit ik te studeren, en daar gaat het vanzelf. Daar hoef je alleen maar te zíjn.
Relevant zijn
Liefde gaat ook over houden van het product dat je maakt. Ik wil relevante dingen maken, die mensen iets brengen, ze liefst ook aan het denken zetten. Als ik iets heb ontwikkeld, kan dat ook niet zomaar in de prullenbak omdat het bijvoorbeeld door Corona niet vertoond kan worden. Wat ik gemaakt heb, wil er zijn, en wil gezien worden. Commercieel is dat vaak niet handig, maar daar maak ik het niet voor. Een wijze man zei tegen me: het maakt me niet wat je doet, maar doe alles met evenveel liefde. Houd van de afwas net zoveel als van je beroep. Jij bepaalt wat je ervan maakt.
Al drie decennia presenteert regisseur Corina van Eijk in het Friese dorp Spanga grootschalige operaproducties die tot nadenken stemmen. Zie: www.operaspanga.nl